Hier volgt een samenvatting over de atoomopbouw.

In de kern bevinden zich positieve protonen en neutrale neutronen.

 

Protonen en neutronen hebben nagenoeg gelijke massa.

 

De massa van elektronen is te verwaarlozen.

 

Rondom de kern bevinden zich negatieve elektronen in de elektronenschillen.

 

Het aantal neutronen in de kern is bij de lichte atoomsoorten ongeveer gelijk aan het aantal protonen. Bij de zwaardere atomen is het aantal neutronen meestal groter dan het aantal protonen.

In een neutraal atoom is het aantal protonen (p) gelijk aan het aantal elektronen(e). (p=e)

 

BV. He-atoom (2p, 2n en 2e)

       C-atoom (6p, 6n en 6e)

       O-atoom (8p,8n en 8e)

maar een H-atoom (1p, 0n en 1e)

 

Het aantal protonen in de kern (p) bepaalt het atoomnummer Z. (Z=p)

 

Het massagetal A van een atoom wordt bepaald door het aantal protonen + het aantal neutronen.  (A=p+n)

 

)

 

 

symbool

A

Q

Mg

23

2+

Cl

35

-1

opbouw van het atoom

Hoe protonen zelf zijn opgebouwd is voor ons niet verder van belang.

 

Wanneer het aantal protonen niet gelijk is aan het aantal elektronen is het deeltje een ion met lading Q=p-e.

   bv. een Mg-deeltje met 12p, 11n en 10e is een ion met lading 12-10=+2

  bv. een Cl-deeltje met 17p, 18n en 18e is een ion met lading 17-18=-1

 

- Schrijfwijze van deze deeltjes:

17

12

Z